Alsof we buren zijn
ik had zo graag een dag voor je
verzameld
om doorheen te komen
‘m zo zachtjes mogelijk
over het hek gegooid
zodat alleen jij de plof kan horen
ik had zo graag tegen de schemering
een nacht voor je achtergelaten
als een deken zo zwaar
en zwart als een gat
waarin alles even kon verdwijnen
wat je wakker houdt
ik had zo graag mijn zoon
een voetbal over het hek laten schieten
en zo achteloos mogelijk
een brood achtergelaten
alsof we buren zijn
en ik het kopje suiker terugbreng
dat jij mij de dag ervoor had geleend
alsof we buren zijn
en het heel gewoon is
dat ik aan deze kant van het hek sta te
rillen
als ik jou aan de andere kant
zie staan in een dun jasje
alsof het toesteken
van een poncho
tegen de regen
geen strafbaar feit is
© Babs Gons, 29 april 2024
Gedicht naar aanleiding van een
kritisch rapport van de Nationale
Ombudsman over het handelen van
de overheid bij het aanmeldcentrum
in Ter Apel