Bij de discussies over de veranderingen in de energie -de zogenaamde energietransitie- moet duurzame energie betaalbaar blijven voor de lage en middeninkomens.

GroenLinks-fractievoorzitter, Klaas-Wybo van der Hoek: “De energiediscussie in Groningen en Westerkwartier gaat niet alleen over de veranderingen in energiebronnen. Ze gaan tegelijkertijd over het vertrouwen van de inwoners van Westerkwartier en Groningen in de overheid. Bij de vorige energie-omslag van kolen naar aardgas halverwege de vorige eeuw werd geen aandacht besteed aan de nadelen. Maar uiteindelijk stonden de lusten in geen verhouding tot de lasten. De schadelijke gevolgen van zestig jaar aardgaswinning zijn voor ons als Groningers nog heel lang zichtbaar en voelbaar.

Om dat vertrouwen in duurzame energie te houden zet GroenLinks in op het betaalbaar maken en houden van duurzame energie, vooral voor de smalle beurs en middeninkomens. Dat kan, als de gemeente en andere overheden tegengaan dat de grote energiemaatschappijen uit de ontwikkelingen veel winst trekken. En dat kan, als de gemeente helpt lage en middeninkomens mee te laten profiteren van de inkomsten van duurzame energie. Laat nieuwe duurzame projecten vooral uitvoeren door coöperaties van inwoners, de gemeente en/of andere plaatselijke initiatieven. Bij projecten moet het meerderheidsbelang, -dus minimaal 51%-, in handen komen van inwoners. En zorg dat huishoudens met een smalle beurs en middeninkomens hier ook gemakkelijk aan mee kunnen doen. De lusten in de vorm van opbrengsten gaan dan naar de inwoners.”

GroenLinks wil graag dat duurzame energie snel verder ontwikkeld wordt. Klaas-Wybo van der Hoek: “De overheden stellen in de plannen voor om onderzoek te gaan doen naar windmolens van 150 tot 200 meter hoog langs het Van Starkenborgh-kanaal en de snelweg A7. Dat vinden wij geen goed voorstel. Zulke hoge molens tasten het landschap aan. Daardoor zullen het enthousiasme en de ondersteuning van inwoners voor windenergie als sneeuw voor de zon verdwijnen. Dat moet de gemeente dus niet doen.

Wij stellen daar als alternatief tegenover om zonne-energie veel meer te bevorderen. Zonne-energie kan veel sneller worden toegepast. Leg op zo veel mogelijk daken zonnepanelen. Hoe meer en hoe sneller hoe liever en beter. Op en bij bedrijventerreinen, dorpen en boerderijen kunnen heel goed kleinschalige zonnevelden worden aangelegd. Ook kunnen op bedrijventerreinen en bij boerderijen windmolens die passen bij ons landschap, worden ingezet. Zo kunnen we voorkomen dat het landschap wordt aangetast.”